
Als werkgever heb je deze maand wellicht een brief ontvangen van het UWV over de Wet Tegemoetkoming Loondomein, afgekort WTL. Een wet die in 2017 in het leven is geroepen om werkgevers te stimuleren specifieke doelgroepen in dienst te nemen en houden. Maar om welke doelgroepen gaat dit nu eigenlijk en wat moet je als werkgever doen om aanspraak te maken op deze regelingen? In deze HR-blog leggen we het uit.
De WTL staat voor wet tegemoetkoming loondomein. Een wet die werkgevers stimuleert specifieke doelgroepen in dienst te nemen. De wet moet ervoor zorgen dat werknemers die soms lastiger aan een baan komen toch een kans krijgen op de arbeidsmarkt. Voor werkgevers kan het aannemen van deze doelgroep een verlaging in de loonkosten betekenen. Iedere doelgroep kent binnen de WTL zijn eigen regeling. Welke regeling bij welke doelgroep hoort leggen we graag uit.
Loonkostenvoordeel (LKV)
Om te beginnen met het loonkostenvoordeel, afgekort LKV. Het loonkostenvoordeel is bedoeld voor werkgevers die 1 of meerdere van onderstaande doelgroepen in dienst neemt/heeft:
- Oudere werknemers (56 jaar en ouder);
- Werknemers met een arbeidshandicap die nieuw in dienst komen;
- Werknemers met een arbeidshandicap die worden herplaatst;
- Werknemers met een banenafspraak en scholingsbelemmerden.
Om aanspraak te kunnen doen op het loonkostenvoordeel is een (kopie) doelgroepverklaring nodig. Deze verklaring vraagt een werknemer zelf aan bij het UWV of bij de gemeente. In sommige gevallen kan de werknemer iemand machtigen om de verklaring aan te vragen, zo ook de werkgever. Een werknemer is niet verplicht een doelgroepenverklaringen aan te vragen. Dit neemt niet weg dat je hier als werkgever wel naar mag vragen.
Werkgevers kunnen ook het doelgroepenregister raadplegen om te kijken of een nieuwe werknemer in het doelgroepenregister is opgenomen. Om in aanmerking te kunnen komen voor het loonkostenvoordeel, moet de doelgroepverklaring binnen 3 maanden nadat de werknemer bij de werkgever is gaan werken worden aangevraagd. Na deze 3 maanden vervalt het recht op de doelgroepverklaring. Wacht hier dus niet te lang mee.
Het lage-inkomensvoordeel (LIV)
Onder de WTL valt ook het lage inkomensvoordeel, afgekort LIV. Het lage-inkomensvoordeel is bedoeld voor werkgevers die werknemers in dienst heeft met een laag loon.
Als werkgever heb je recht op het LIV als jouw werknemer een loon ontvangt tussen de 100% en maximaal 125% van het wettelijk minimumloon. In 2022 was dit een gemiddeld uurloon tussen de €10,73 en €13,43 en in 2023 gaat dit om een gemiddeld uurloon tussen de €12,04 en €15,06. Naast deze voorwaarden moet de werknemer:
- Een dienstverband hebben en daarvoor loon ontvangen;
- Minimaal 1.248 uur in een jaar hebben gewerkt;
- Verzekerd zijn voor 1 of meer werknemersverzekeringen;
- De AOW-leeftijd nog niet hebben bereikt.
In tegenstelling tot het LKV hoef je voor het LIV als werkgever niks aan te vragen. Het UWV berekent op basis van jouw loonaangiften of je recht hebt op het lage-inkomensvoordeel. Het is dus wel van belang de loonaangiften nauwkeurig in te vullen.
Het jeugd lage-inkomensvoordeel (jeugd LIV)
Naast het ‘gewone’ LIV bestaat ook het jeugd lage-inkomensvoordeel, afgekort jeugd LIV. Het jeugd LIV is bedoeld voor werkgevers die werknemers met de leeftijd van 18,19 of 20 jaar in dienst heeft en waarbij het loon binnen de gestelde onder- en bovengrens valt. In 2022 was dit voor een 20-jarige bijvoorbeeld een gemiddeld uurloon tussen de €8,67 en €10,73.
De overige voorwaarden van het jeugd LIV zijn hetzelfde als die van het ‘gewone’ LIV. Ook voor het jeugd LIV hoef je als werkgever niks aan te vragen.
Ons advies
Indien je als werkgever recht hebt op een regeling uit de WTL dan ontvang je altijd achteraf een berekening van het UWV. Bijvoorbeeld, in maart 2023 ontvang je een berekening over het jaar 2022. Dit is altijd een voorlopige berekening. Wij adviseren om deze voorlopige berekening altijd goed door te nemen. Kloppen bijvoorbeeld de verloonde uren en het gemiddelde uurloon? Als de gegevens niet kloppen kan een correctiebericht ingediend worden bij het UWV. Zo voorkom je het mislopen van tegemoetkomingen waar je wel recht op hebt.
Om in de toekomst geen tegemoetkomingen mis te lopen adviseren wij ook altijd om controle op de WTL te verwerken in je indiensttredingsprocedure. Vraag je bij medewerkers die in dienst komen bijvoorbeeld of ze tot een doelgroep behoren? Dit kan vrij eenvoudig door je indienst formulier hierop aan te passen.
De meeste salarisadministratiesystemen bieden de mogelijkheid om een LIV rapportage op te vragen. Om te voorkomen dat je het LIV voordeel misloopt adviseren wij om medio oktober het LIV rapport te raadplegen. Beoordeel welke werknemers mogelijk onder de LIV regeling vallen en of ze aan alle LIV voorwaarden voor dat kalenderjaar voldoen.
Hulp nodig?
Ben je na het lezen van deze HR-blog benieuwd of jouw organisatie tegemoetkomingen vanuit de wet loondomein (structureel) misloopt? Of kan je ondersteuning gebruiken bij de beoordeling van jouw recht op LKV of (jeugd) LIV, neem gerust contact op met onze adviseurs, zij adviseren en ondersteunen graag. Ook op het gebied van tegemoetkomingen.
Marlijn Zwijgers
HR adviseur bij B-Talented
Reactie plaatsen
Reacties